Fietsen door bossen en langs historische gebouwen, heerlijk! Welkom in Het Groene Neteland. In de omgeving van de Grote Nete toont moeder natuur zich van haar mooiste kant. De rivier meandert statig tussen de weilanden door, terwijl bossen boven de vallei uitrijzen. Hier kom je tot rust op een gezellig terrasje bij een hemels lekker streekbier of een koffie met een streekkoekje.
De route leidt je door de Laakvalleien, een verzamelnaam voor de natuurgebieden langs de Grote Laak en de Kleine Laak. Deze waterlopen slingeren zich in Laakdal van oost naar west door het landschap richting Grote Nete. De dorpen Veerle, Eindhout en Vorst zijn hoger gelegen op of langs Diestiaangetuigenheuvels. Deze vlakke en moerassige gebieden daartussen bestaan uit verschillende biotopen, maar wat je hier vooral veel ziet zijn de moerassen met broekbossen, poelen, grachten en vijvers, waarvan mooie voorbeelden te vinden zijn in Eindhoutbroek, Trichelbroek en De Roost.
Vanaf je startpunt Zammel steek je al snel de Grote Nete over. Aan je ene hand zie je het riviertje, aan de andere kant strekken de visvijvers zich uit. Trichelbroek, waar je even later doorheen fietst, is een moerasgebied waar de Kleine Laak uitmondt in de Grote Laak. In dit aantrekkelijke kleinschalige landschap met hoeves, weilanden, eikenbossen en dreven, vind je verscholen tussen broekbossen een natuurlijke waterplas. Deze vijver trekt heel wat watervogels aan, zoals aalscholvers, futen en verschillende soorten eenden. Aan de rand van de vijver bevindt zich een reigerkolonie, waar jaarlijks meer dan vijftig koppels blauwe reigers broeden.
Het is de moeite hier even af te stappen bij de Sint-Bavokapel. Al vroeg in de middeleeuwen ontstond hier op de waterscheiding tussen de vallei van de Grote Nete en de Laakvalleien een woonkern rond een kapel. De kapel was al in de zeventiende eeuw een bekend bedevaartsoord, waar van heinde en verre kwamen gelovigen kwamen smeken om bijstand – vooral om de gevreesde kinkhoest te genezen. Kijk zeker even binnen, het is een prachtig bouwwerkje!
Verderop fiets je op deze afwisselende route door de bossen van Hertberg, die deel uitmaken van de voormalige de Merodebossen. Het is genoemd naar ‘bergen’ die je er vindt, getuigenheuvels (of ijzerzandsteenheuvels) uit een ver verleden toen de Diestiaanzee tot in deze contreien reikte. In tegenstelling tot de zandige Kempen is dit gebied altijd bebost geweest. Op de oudste landkaart (de Ferrariskaart uit 1775) is te zien dat Hertberg toen al bestond uit bos, vooral naaldbos. Uniek in Vlaanderen is het feit dat het domein sinds die tijd ononderbroken bebost is geweest. Tot de tweede helft van de twintigste eeuw waren deze naaldbossen immers van economisch belang – ze werden gebruikt als stuthout voor de steenkoolmijnen.
Na nog veel meer natuur en water is het tijd voor een flinke dosis cultuur: de abdij van Tongerlo. Hier ontkom je er ook niet aan om even af te stappen. Als je het fraaie binnenplein van de abdij betreedt, onder het laat-romaanse en gotische poortgebouw door, krijg je meteen een overzicht de belangrijkste bezienswaardigheden, zoals het classicistische abtshuis. De voormalige inrijpoort van het abtshuis geeft toegang tot de abtstuin met het Da Vinci-museum, waar de oudste replica van de muurschildering Het Laatste Avondmaal van Leonardo da Vinci wordt tentoongesteld. Een prachtig plekje om nog even na te genieten van deze mooie dag!