Langs de Nieuwe Waterweg en de kassen van het Westland

Maassluis ontstond rond 1340 als kleine nederzetting, die voornamelijk leefde van de visserij. In de negentiende eeuw werd Maassluis wereldberoemd door een sleepvaartbedrijf en de activiteiten op het water breidden zich uit tot bijvoorbeeld scheepsbergingen. Het Nationaal Sleepvaartmuseum is nog altijd in het stadje te vinden, maar er vestigde zich ook een bedrijf dat sinds 1872 informatiediensten in en rond de Rotterdamse haven levert.

Maar je ziet ook veel van Hoek van Holland, waar de meeste bezienswaardigheden van deze tocht te bewonderen zijn. Tijdens je fietstocht leer je meer over Het Keringhuis/Maeslantkering bij Het Keringhuis, Publiekscentrum Water. De hoogwaterbescherming worden hier op een originele manier voor het voetlicht gebracht. Een spannende expositie geeft meer informatie over het Nederlandse waterbeleid en het sluitstuk van de Deltawerken, de imposante Maeslantkering, ligt bij het Keringhuis. Dit is de grootste beweegbare stormvloedkering ter wereld!

In Hoek van Holland staat ook het Fort aan den Hoek van Holland. Dit voormalige pantserfort werd gebouwd in 1881 en sinds 1987 is het Nederlands Kustverdedigingsmuseum in het fort gevestigd. De vesting moest de Nieuwe Waterweg beschermen tegen een vijandelijke vloot en kon ook het strand bij een invasie verdedigen. Het verdedigingswerk was uitgerust met zes kanonnen, die stonden opgesteld in één van de drie draaibare pantserkoepels. Hoewel Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal bleef, werd het fort wel gevechtsklaar gemaakt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam het ook echt tot gevechten rondom het fort, en na de Nederlandse capitulatie gebruikten de Duitsers de vesting. De koepels, het geschut en al het andere metaal werd in die tijd uit het fort gehaald en werd omgesmolten in de Duitse industrie.

Deze achtkante stellingmolen werd in 1908 gebouwd aan de zuidkant van het dorp. De molen draaide op windkracht en maalde graan tot aan de jaren 1960, maar nadat hij stil kwam te staan trad er al snel verval op. Bijzonder zeldzaam is het molenlijf met haar bedekking van zinken leien. Deze werden bij een restauratie in 2001/2002 aangebracht.