Met deze route ontdek je de mooie natuur en cultuur van de Vlaamse Ardennen tussen Zottegem en Geraardsbergen. Allereerst ontdek je vandaag Zottegem, de poort van de Vlaamse Ardennen, aan de voet van de glooiende heuvels. Het staat bekend als Egmontstad: Lamoraal van Egmont ligt begraven in de crypte onder de kerk. Twee standbeelden, een kasteel, twee prachtige schilderijen en een tiental uithangtekens herinneren aan de onfortuinlijke 16de-eeuwse graaf. De moeite waard om even binnen te kijken, net als bij het archeologisch museum: in het PAMZOV leer je alles over hoe men in de prehistorie, de Gallo-Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen in landelijk Vlaanderen leefde.
Verderop zie je nog een mooi plekje: het kasteel van Leeuwergem. Het heeft een rijke geschiedenis achter zich en wordt beschouwd als nationaal erfgoed. Het Kasteel van Leeuwergem is een omwald kasteel op het grondgebied van Elene, een deelgemeente van Zottegem. Het is een van de meest interessante en authentieke rococopanden in de provincie Oost-Vlaanderen.
Op het einde van een één kilometer lange dreef ligt het bijna vierhoekig kasteel, evenwichtig van lijn en vorm, te midden van bloemenperken, op een verhoogd stuk land, door water omringd. De elegantie wordt zowel binnen als buiten verleend door zijn Lodewijk XV-stijl. Rocailleversieringen, schelpmotieven en gebogen lijnen zijn hier overheersend. Een kleine charmante kapel op de eerste verdieping, opgedragen aan de 4 evangelisten, bevindt zich nog steeds in zijn oorspronkelijke staat als op de dag van zijn inzegening in 1764.
Al snel ontwaar je het tweede kasteel langs deze route: Kasteel Breivelde. Het kasteel wordt op het moment in een nieuw jasje gestoken, maar het restaurant blijft geopend als je een blik binnen wilt werpen. Je kunt hier al voor een klein prijsje genieten van een dagmenu en je kunt er ook koffie drinken.
Het omringende domein, dat een eeuw geleden werd aangelegd, is de moeite waard om even met een wandelingetje te ontdekken. Het bestaat uit drie delen: centraal ligt een parkzone, de randen van het complex zijn bebost, en als verbindingselement werd een parkbos aangelegd. De talrijke doorkijken, de zogenaamde vista’s, zijn heel bijzonder. Elke zone heeft zijn kenmerkende begroeiing: groenblijvende heesters in het parkbos, loofbomen in de randzone en wintergroene naaldbomen in het centrale park. Het park vormt een grote open ruimte bij het kasteel. Het uitgestrekte grasveld reikt tot aan de imitatierivierbocht, waarin het kasteel wordt weerspiegeld zodat deze vijver al eens als spiegelvijver wordt omschreven.
Water speelt een belangrijke rol in het Domein. Samen met de talrijke slingerpaadjes zorgen de bochtige vijvers voor een mooie aanvulling op park, parkbos en bos. Tien waterpartijen geven het geheel een allure van een Engelse water garden. De vijvers, aangelegd op verschillende niveaus, staan met mekaar in verbinding en worden door mekaar gevoed. De hoogteverschillen lieten het creëren van een bergriviertje toe, met watervallen, bemoste keien en aangepaste oevervegetatie.
Na een leuk landelijk doorsteekje is het tijd voor nog meer natuurschoon, als je de Dender volgt naar Geraardsbergen. Deze rivier ligt in het stroomgebied van de Schelde en stroomt over een lengte van 65 km door de provincies Henegouwen, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant. De Dender ontstaat in Aat (hoogte ong. 65m) door samenvloeiing van de Oostelijke Dender (bron op de grens tussen Masnuy-Saint-Jean en Masnuy-Saint-Pierre) en de Westelijke of Kleine Dender (bron te Barry) en mondt in Dendermonde op de rechteroever in de Schelde uit. Door kanalisering is deze bijrivier van de Schelde bevaarbaar voor schepen tot 300 ton, maar ze wordt vooral voor recreatie benut. Je kunt er dus leuk bootjes kijken!
En dan kom je nog langs Geraardsbergen. Ontdek hier zeker de middeleeuwse stad, vandaag Geraardsbergen-Centrum en vroeger, naast Aalst, een van de twee steden van het zogeheten 'Land van Aalst'. Geraardsbergen is ontstaan in de 11de eeuw als stad met een strategisch belangrijke ligging. De stichting van de zuidoostelijke hoek van het actuele Oost-Vlaanderen door Boudewijn VI was een voorzorgsmaatregel van de graaf voor het geval één van de buren – de Duitse keizer in wiens rijk de aangrenzende gouw Brabant gelegen was, en/of de toekomstige graaf van Henegouwen – een bedreiging zou gaan vormen voor Vlaanderen. Om mensen aan te lokken en de stad te bevolken, schonk de graaf de stad tal van rechten, waaronder een gegarandeerde vrijheid, wat in een wereld van lijfeigenen een heel bijzondere uitzondering was.
Vervolgens ondernam de graaf stappen om de abdij van Dikkelvenne over te brengen naar de nieuwe stad, eind 11de eeuw. Zo ontstond de Sint-Adriaansabdij, die dankzij de verering van de Heilige Adriaan als pestheilige een enorme aantrekkingskracht én uitstraling ontwikkelde. Geraardsbergen werd op een bepaald moment zelfs Adrianopolis genoemd. Omstreeks 1200 werd de stad begiftigd met het Onze-Lieve-Vrouwhospitaal, een van de oudste ziekengasthuizen van het land.
Geraardsbergen heeft vandaag de dag een waardevol kunstpatrimonium en tal van bezienswaardigheden: het stadhuis, de Sint-Bartholomeuskerk, de Marbol, het Manneken Pis, de Dierkost, de priorij van Hunnegem, de kerk van de paters Jozefieten, de Sint-Catharinakerk… het afstappen waard dus!