Den Helder, Anna Paulowna en Julianadorp

Onze marinestad en de prachtige bollenvelden die de Anna Paulownapolder zo’n kleurrijk aanzien geven. Je volgt de kustlijn naar Den Helder, de thuisbasis van de Koninklijke Marine. De meeste activiteiten van onze verdedigers te water zijn vinden dan ook in of nabij de stad plaats. Zo is het marine-vliegveld op een steenworp afstand te vinden en is een marinierskazerne op Texel gevestigd. De meeste marineschepen liggen voor anker in de haven van Den Helder. Er is ook een onderhoudswerf en er zijn veel werkplaatsen en opleidingen, waaronder het Koninklijk Instituut voor de Marine (K.I.M.). In de lente- en zomermaanden deze route extra aan te raden, want de zee van kleurige bloemen die in de wind wuiven lijken rechtstreeks van een schilderij te komen. Het is een belangrijk tuinbouwgebied; niet alleen de bloembollenteelt viert hier hoogtij, maar ook allerlei andere agrarische activiteiten worden er bedreven, zoals je kunt zien wanneer je je weg door de schilderachtige polder zoekt. Aan de kustlijn kom je bij Fort Kijkduin. Het fort werd in 1811 gebouwd in opdracht van Napoleon Bonaparte. Aanvankelijk werd het fort vernoemd naar een kolonel in het leger van Napoleon, Francois Louis Morland, maar na de oprichting van het Koninkrijk der Nederlanden in 1815 kreeg het fort zijn huidige naam. Bij de oorspronkelijke bouw bestond het fort uit een gemetseld reduit van 64 meter lang met twee bastions aan de zuidzijde. Het geheel werd omgeven door een droge gracht. In 1822 werd er een bakstenen vuurtoren op het fort gezet, waarbij de tweeëntwintig meter hoge toren ook voorzien werd van schietgaten. Die toren werd in 1877 vervangen door Lange Jaap. In 1897 werd er een gepantserde waarnemingspost op het dak geplaatst. Het fort is een Rijksmonument. Je fietst om en door Den Helder heen en zoekt daarna je weg door het tuinbouwgebied tot je bij Anna Paulowna uitkomt. Hier staat een typisch Hollandse windmolen: de Leonide. De molen ziet er uit als een traditionele zaagmolen, maar de windmolen heeft nooit een maalfunctie gehad. In 2002 werd de stellingmolen gebouwd om in te wonen. Behalve het bovenwiel zijn in de molen verder ook geen onderdelen voor aandrijving aanwezig. Delen van de Leonide zijn tweedehands; het achtkant komt bijvoorbeeld van voormalige poldermolen De Zeemeeuw uit Uithuizen.