Op een langgerekte, hoge zandrug tussen de Maas en de Duitse grens, staan relatief jonge naaldbomen en heideplanten, die zijn aangeplant op wat ooit stuifzand was. Daardoor stuift het zand niet meer, maar dit zand heeft het uiterlijk van het gebied grotendeels bepaald; Nationaal Park “De Maasduinen” is een terrassenlandschap dat bestaat uit lagere en hogere zandgronden, het Maasdal en een plateau. Het landgoed "de Hamert", zoals het gebied tot 1998 heette, vormt het hart van de bos- en heivelden die ongeveer 45 hectare beslaan. De bossen worden op een natuurlijke manier jong gehouden: Galloways, schapen en geiten worden ingezet om het dichtgroeien van het gebied tegen te gaan.
Een onderdeel van het prachtige Nationaal Park De Maasduinen, is het Bergherbos. In dit ononderbroken groene, golvende stukje landschap van Limburg, word je verrast door de aanwezigheid van een stuifzanden, maar ook de vennen zijn erg bijzonder. Vroeger was Bergerbos een hoogveengebied, dat verraderlijk gevaarlijk was voor bezoekers. Wie wegzakte in het moeras, werd niet meer teruggevonden. De huidige bewoners van de groene oase zijn dassen en het water trekt reptielen en amfibieën aan, waaronder de zeldzame rugstreeppad en de heikikker. Boven het water zweven libellen en waterjuffers en wanneer het begint te schemeren, laten vleermuizen zich zien. Ook het gefluit van de nachtzwaluw weerklinkt tussen de boomstammen en in de winter gebruiken tientallen kraanvogels het beschutte gebied als rustplaats.
Het huidige kasteel Heijen (Heyen) werd in de zestiende eeuw gebouwd op twee hoogten in de uiterwaarden van de Maas. Het was een vrijwel onneembare vesting, doordat de natuurlijke kracht van het water de verdedigers beschermde. Regelmatig overspoelde de Maas het gebied en lag het kasteel middenin het water. De voorburcht van kasteel Heijen bestaat verschillende gebouwen en het oudste gedeelte van het kasteel is de kelder die zich onder de belangrijkste ruimte, de zaal, bevindt. De zuidgevel heeft enkele siertorentjes op de trappen van de trapgevel, waaruit blijkt dat deze muur werd opgetrokken in de tijd van de overgang van gotiek naar renaissance. De andere gebouwen van de hoofdburcht , de eetzaal, de paardenstal en de poorttoren, werden in de achttiende eeuw of later gebouwd. Verder vind je op de voorburcht een rentmeestershuis en de pachterswoning, boerderijen, een tiendschuur en een karrenloods. Door het venstertje in de gevangenisruimte ontsnapte tijdens de Tachtigjarige Oorlog Thomas de Hodaye, die de Spaanse troepen hielp. Hij werd hierbij geholpen door zijn geliefde, die de Maas over roeide en hem het gereedschap gaf waarmee hij uit zijn kerker kon ontsnappen.