Colijnsplaat, Kortgene en Goes

Geen woeste natuur in Zuid-Beveland, maar keurig aangelegde polders met strakke akkerlanden die gebruikt worden voor de landbouw en de fruitteelt. Op het schiereiland tussen de Ooster- en Westerschelde heeft men de strijd van het wassende water gewonnen en wordt het vruchtbare land dankbaar bewerkt. Bij Katse Plaat gaat de route verder over Noord-Beveland, een prachtig buitendijks getijdegebied waar je de zilte zeelucht kunt opsnuiven. Als bij eb de zandplaat bloot komt te liggen, zie je de kluut op zijn steltpootjes over het slik trippelen en zich tegoed doen aan mosselen, garnalen, wormen. Ook visdiefjes, aalscholvers en plevieren zien de zandplaat als een gezellig wegrestaurant. Omdat de Oosterschelde haar honger naar zand niet kan stillen wordt de Katse Plaat bedreigd. De Katse Plaat is onderdeel van het in totaal 370 hectare grote Nationaal Park Oosterschelde, waarin bruinvissen en zeehonden ook regelmatig worden gezien. Fotogeniek zijn de molens langs de route. De Oude Molen die je in Colijnsplaat tegenkomt is een grondzeiler uit 1727. De graanmolen heeft twee koppels maalstenen. Aan de rand van Wolphaarsdijk staat de korenmolen De Hoop te pronken. Deze stellingmolen uit 1808 is gedekt met dakleer. Oorspronkelijk was de molen een grondzeiler. Gedoe over windrechten en het rooien van een bos is de molen In 1894 deed de eigenaar besluiten om de molen 10,5 hoger op de metselen en werd zodoende een stellingmolen. De Nooit Gedacht is een korenmolen aan de Arendstraat aan de rand van Eindewege. Het in stells een ronde bakstenen stellingmolen uit 1872, gedekt met dakleer en heeft een vlucht van 21,20/21,30 meter. Het is een redelijk beeldbepalende molen die vlak bij het spoor van de Zeeuwse lijn staat. Aan één kant van de molen wordt de landschappelijke waarde echter beperkt door huizen.