Landelijk winkelen

Wie van winkelen en molens houdt, komt op deze route, die je wordt aangeboden door het Zuid Hollands Bureau voor Toerisme, goed aan zijn trekken. De route loopt door een waterrijk gebied langs de Lek en zijn uitlopers. Kleine dorpjes en mooie boomgaarden waar fruit wordt geteeld zijn een lust voor het oog. In de dorpen fiets je langs gezellige winkeltjes, waar veel lekkers wordt aangeboden. Een ambachtelijk gemaakt stukje kaas of gerookte vis, een pondje kersen uit de landelijke boomgaarden of een heerlijk vers stuk appeltaart geven smaak aan deze leuke fietstocht. De acht molens die je op deze route tegenkomt, hebben allen een eigen verhaal te vertellen en tekenen zich schitterend af in de open omgeving. De route start bij het Toeristisch Overstap Punt (TOP) in het kleine dorpje Hoornaar. Na 2,5 kilometer zie je de eerste molen: de Oudendijkse molen. Deze wipmolen is één van de twee resterende molens in Het Land der Zes Molens en werd gebouwd in 1683. Tot 1967 was de molen in bedrijf, maar toen de binnenroede brak werd de molen stilgezet. In 1983 en 1984 werd de molen gerestaureerd en je kunt hem tegenwoordig op afspraak bezoeken. Wanneer je langs de rand van het kleine dorpje Giessenburg bent gefietst, kom je uit bij de Bovenkerkse molen (romp/restant). Wat er nog van de ronde stenen grondzeiler over is, is romp. De voorganger van deze poldermolen was een wipmolen die in 1865 afbrandde, waarna een nieuwe molen op de plek verrees. Dit was een peilmolen van de Overwaard, die in 1928 kreeg de molen een ruwoliemoter om het (buiten)scheprand aan te drijven. Tot 1980 bleef de molen in bedrijf, maar toen werd de bemalingsfunctie overgenomen door een volautomatisch gemaal. Dat had als resultaat dat molen gesloopt werd en dat alleen de romp overbleef. Je fietst naar het noorden in de richting van het dorpje Groot-Ammers. Voordat je daar aankomt liggen er nog vier molens op je route, die allemaal relatief dicht bij elkaar te vinden zijn. Achterlandse molen dateert van het einde van de 16e eeuw en is één van de drie wipmolens die aan het water van de Ammersche Boezem staan. De functie van deze molen was het bemalen van de polder Ammers-Graafland, samen met de Graaflandse molen die ook op de route staat. In 1865 besloot het polderbestuur om beide molens bewoonbaar te maken en kregen ze een schoorsteen, een bedstee, lichtkozijnen, deurkozijnen en een zolder. De molens werden ook afgetimmerd aan de buitenkant. De molens fungeren nog steeds als woning, maar bemalen ook op vrijwillige basis de polder Liesveld. Beide molens zijn ook te bezoeken. Doorgaans is de Achterlandse molen geopend voor publiek als deze maalt, maar voor een bezichtiging van de Graaflandse molen is het nodig een afspraak te maken. De Achtkante molen, die gebouwd werd in 1805, is de opvolger van een wipmolen die op die plek vier jaar eerder afbrandde. Deze molen, die net als de de Achterlandse molen en de Graaflandse molen, dienst doet als woning, werd getekend door de geschiedenis. In de Tweede Wereldoorlog werden de wieken beschadigd door een laagvliegend toestel tot de molen uiteindelijk in 1964 buiten bedrijf kwam. Pas in 1972 volgende een ingrijpende restauratie, maar er zijn ook herstelwerkzaamheden uitgevoerd in 1991 en 1992. In 2010 werd de molen nog verder verbeterd, waardoor hij weer volledig maalvaardig is Met het scheprad, dat smaller is dan van de andere molens in de polder, maalt hij op vrijwillige basis kleine hoeveelheden water. De laatste molen op de route is de Gelkenes molen. Ook deze molen stamt uit het einde van de 16e eeuw en is nog maalvaardig. De molen bemaalde in het verleden de polder Liesveld en was seinmolen voor het waterschap ‘de Overwaard’. Wil je deze molen van binnen bekijken, dan kan je een afspraak maken met de molenaar.