Jacob van Lennep-route, Deel 28 (Varsseveld - Zutphen)

Nooit meer brandewijn
Maandag 28 juli. Het heeft wat voeten in de aarde gehad, maar de wandelaars bereiken dan eindelijk Doetinchem. De laatste kilometers draagt Van Hogendorp de rugzak van zijn dodelijk vermoeide reisgenoot. Van Lennep gaat al snel slapen en neemt zich voor nooit meer advocaat en zelfs geen brandewijn meer te drinken.

Schaamte
De volgende ochtend heeft Van Lennep een flinke kater. Hij wil niet lopen, dus reizen ze per koets verder. Met Van Lenneps ogen is echter niets mis, want op de markt spot hij “veel mooie meisjes”. Verderop passeren ze Kasteel Keppel, in het “oude en mooi gebouwde” Doesburg eten ze kersen in het Herenlogement. Met een wagen rijden ze verder naar Zutphen. Hier nuttigen ze om half drie een maaltijd in een logement, waarbij Van Lennep zich gedeisd houdt. Uit schaamte, want hij heeft slechts een blauwe kiel aan, omdat de scheur in zijn rokjas gerepareerd wordt.

Berkelpoort
Na het eten wandelen de reisgenoten door het nog steeds met vele historische panden bezaaide oude hart van Zutphen. Ze bekijken o.a. de ruïne van de veertiende-eeuwse Berkelpoort. In 1951 en 2011 is de ruïne bij een restauratie enigszins gereconstrueerd, zodat hij iets minder vervallen oogt dan in 1823. In de Walburgiskerk bewonderen de wandelaars het Baderorgel uit 1639, een koperen doopvont uit 1527, een zeventiende-eeuws praalgraf en de bibliotheek. Later die dag bezoeken ze de tot het christendom bekeerde joodse geneesheer Rosenstein. Deze man geniet bij de lokale elite enige faam, al zijn er mensen die aan hem twijfelen. Van Lennep en Van Hogendorp testen de arts op diens geloof en ‘ontmaskeren’ hem als huichelaar.

Verdiepingsbronnen
-Jakob van Lennep, “De zomer van 1823”: deel 3, hoofdstuk 1 en 2.
-Geert Mak, De zomer van 1823 als televisieserie: aflevering 7.
-Maya Schepers, De zomer van 1823 als radioserie: aflevering 8.