Met een beetje fantasie zie je hem zwoegen langs de boorden van de Zesterschelde. Hier legde wieler icoon Jan raas de basis voor zijn succesvolle carrière.Nu heeft Raas er zijn eigen route. Niet dat hij daar zelf nou zo van onder de indruk is. Denken we, want hij praat niet met de media. Sinds hij in 2003 stopte als manager van de Rabobank-ploeg leidt hij een teruggetrokken bestaan. En dus was het ook niet zo verwonderlijk dat hij in 2016 in zijn woonplaats ’s-Heerenhoek verstek liet gaan bij de opening van de naar hem genoemde route door Walcheren en Zuid-Beveland. Zijn zwager Cees Raas, die jarenlang de fiets verzorgde van de oud- wereldkampioen, nam de honneurs waar.
Op een of andere manier voegt het rookgordijn iets toe aan de route. Raas raast onzichtbaar met je mee. Voegt zich als een spookrijder aan je achterwiel. Al snel denk je aan een van die tien Tour-etappes die het krachtmens won, vaak solo maar ook als sterkste in de sprint. Of klassiekers als Parijs-Roubaix, Milaan-San Remo en de Ronde van Vlaanderen die op zijn palmares staan. Zeker als je de 101 kilometer lange tocht op de racefiets aflegt. Wie dat te lang vindt, heeft nog geen excuus om thuis te blijven. De route is namelijk in te korten tot 46 en 55 kilometer en dus ook prima op de gewone fiets of e-bike af te leggen.
Hotspots
Wie een dagje Zeeland doet, op de fiets, kiest al snel voor de Oosterschelde. Of de Stormvloedkering. Of de Zeelandbrug. Die spreken altijd tot de verbeelding. Toch laat de Jan Raasroute deze hotspots rustig links liggen. De pijlen wijzen de weg langs de oevers van de druk bevaren Westerschelde, waar de wind altijd wel een beetje vervelend doet. Neem Raas’ woonplaats als startpunt en je gaat eerst door het havengebied Vlissingen-Oost, een minder charmant tracé. Vlak voor Vlissingen buigt de route af naar Ritthem (met een fijn stukje langs Fort Rammekens), waarna je via Nieuw- en Sint Joosland Walcheren weer verlaat.Terug in de Zak van Zuid- Beveland begint het slingeren over de dijkjes
Eenmaal terug in de Zak van Zuid- Beveland begint het slingeren over dijkjes, langs fruitboomgaarden en lieflijke polderwoningen. Het lijkt hier soms of de tijd heeft stilgestaan. Bij kraampjes aan de opritten van boerenerven liggen aardappelen en fruit te koop. Via Langeweegje (de voormalige woonplaats van de naar Oostenrijk geëmigreerde wielrenner Johnny Hoogerland), komt bij Hoedekenskerke de Westerschelde weer in het vizier. Hier en iets verderop bij Ellewoutsdijk kun je de overkant (Terneuzen) haast aanraken. Hoedekenskerke heeft nog iets leuks: op de dijk staat De Restauratiewagen, een oud treinstel dat is omgebouwd tot een schattig barretje.
Killer
Het stuk langs de Westerschelde is ongeveer 20 kilometer lang en kan bij tegenwind voor menigeen een killer zijn. Misschien is het wel daarom dat op alle routebordjes een symbooltje van een windvanger staat. Als een waarschuwing. Want in Zeeland keert de wind zich vroeg of laat tegen je. In de gemeente Borsele keer je via Jan Raas’ geboorteplaats Heinkenszand, ooit ontstaan op een zandplaat, terug in ’s-Heerenhoek. Als het goed is met met vermoeide benen. Maar wie het in zijn hoofd haalt daarover te zeuren, moet toch nog maar een laatste keer aan Jan Raas denken. Die hebben we namelijk namelijk ook nooit horen klagen.
Tekst: Raymond de Frel