Natuur, water en steden; alles in één

Midden in Nationaal Landschap Het Groene Hart liggen de Krimpener- en Lopikerwaard. Je treft hier een prachtige mix van natuur, riviertjes en historische plaatsjes. Bovendien is het heerlijk rustig in dit weidse polderlandschap. Perfect voor een mooie fietstocht dus.

De Krimpenerwaard is een eeuwenoud veenweidegebied dat deels onder NAP ligt. De vele weilanden worden gescheiden door rechte sloten en weteringen. Tijdens het fietsen door dit open landschap zie je veel monumentale eeuwenoude boerderijen. Ook kom je langs een aantal molens, zoals de Kleine Molen uit 1620. Deze voormalige poldermolen diende voor het bemalen van de polder Bergambacht. Alleen de romp is overgebleven, hij wordt bewoond.

Ook in de Lopikerwaard geniet je van weidse uitzichten. Af en toe staan er in het landschap nog oude hakhoutbosjes en houtwallen. Via karakteristieke plaatsjes Polsbroek en Polsbroekerdam rij je naar Oudewater, het oudste stadje in het Groene Hart. In de zestiende en zeventiende eeuw was Oudewater een belangrijke producent van touw. Om die reden werd er in de omgeving veel hennep verbouwd dat als grondstof voor het touw diende. Het leverde de inwoners de bijnaam geelbuiken op, omdat de touwslagers gelige gedroogde hennepvezels om hun buik wikkelden. De touwindustrie is nog steeds in het stadje terug te vinden met het Touwmuseum en de hennepveldjes in de omgeving.

Vanuit Oudewater volg je de loop van de Hollandse IJssel naar het pittoreske Haastrecht. Naast de vele fraaie oude monumenten zie je hier Poldermuseum Gemaal De Hooge Boezem. Dit gemaal dateert uit de negentiende eeuw en draagt er aan bij dat de polder bewoonbaar blijft. In het museum leer je alles over de ingenieuze waterhuishouding in dit gebied waar de meeste huizen lager dan de rivieren liggen. Even voorbij het stadje kom je langs de Haastrechtse Molen, een nog altijd actieve poldermolen uit 1862.