Via deze rit verken je de waterrijke omgeving van Giethoorn en Nationaal Park de Weerribben-Wieden.
Halverwege de route kun je bij Recreatiecentrum De Kluft aan de Hoogeweg koffie drinken of lunchen.
Uitgestrekte rietvelden, bloemrijke hooivelden, stille meren en grote plassen: dat is wat je in de omgeving van Giethoorn kunt verwachten. Natuurlijk fiets je ook door Giethoorn zelf, dat ook wel het Venetië van het Noorden genoemd wordt. Met zijn vele bruggetjes en waterwegen is dit pittoreske waterdorp een belevenis op zich. Om de gewonnen turf te vervoeren, groef men hier vaarten en sloten. Zo ontstonden kleine eilandjes, waarop huizen werden gebouwd die alleen via bruggetjes te bereiken zijn. In Giethoorn staan dan ook tientallen karakteristieke rijksmonumenten. De enige doorgaande verbinding over land is een fiets- en wandelpad dat dwars door het dorp loopt. Veel verkeer vindt plaats over het water, via zogenoemde punters die – net als de gondels in Venetië – worden voortbewogen met een punterboom.
Door de polders rij je verder naar Nationaal Park Weerribben- Wieden, het grootste laagveenmoeras van West-Europa. Door veenwinning is dit poldergebied flink afgegraven en ontstonden dichtbegroeid moerassen. Met 35 vierkante kilometer aan open water, rietlanden, moerasbossen is De Weerribben een natuurlijke habitat voor veel vogels, zoogdieren en insectensoorten. Op de plassen, vennen en meren groeien en bloeien waterlelies, krabbenscheer of waterscheerling, maar je ziet ook grote massa’s van het vleesetend plantje blaasjeskruid drijven. In de rietlanden, waar de grond snel verzuurt, vallen kleurige wilgenroosjes, glidkruid, winde en moerasandoorn goed op. Waar de grond is verzuurt groeien dopheide, veenmossen, zonnedauw en moeraskartelblad en de bossen bestaan grotendeels uit elzen, berken en lijsterbessen. Reeën, vossen, otters houden zich in leven met wat De Weerribben hen te bieden heeft, maar het gebied heeft ook genoeg overlevingskansen te bieden voor vogels zoals de aalscholver, de wulp, de roerdomp, de wielewaal ,de zwarte stern en de purperreiger. Ook de bruine kiekendief en zeldzame velduil jagen hier op hun prooi.
Een grote verscheidenheid aan vlinders en libellen fladderen van plant naar plant in de waterrijke, drassige omgeving. Bij bezoekerscentrum ‘De Weerribben’ zou ik zeker even stoppen. Het bezoekerscentrum heeft een schat aan informatie over het natuurgebied en de dieren die er leven te bieden. Ook is er meer te leren over de eendenkooien in het gebied en de manier waarop De Weerribben beheerd wordt. In het ‘ervarium’ ervaar je hoe de seizoenen De Weerribben beïnvloeden.
Tijdens de route passeer je diverse ouderwetse vervenershuisjes, de voormalige woningen van veenstekers. Ook kom je door kleine kernen met namen als Wetering, Ossenzijl, Kalenberg, Dwarsgracht, en Nederland (waar slechts een weg doorheen loopt) dat tot eind jaren vijftig van de vorige eeuw slechts per boot bereikbaar was.