Wandelen over de heide van het Nationaal Park Dwingelderveld

Nationaal Park Dwingelderveld staat garant voor een heerlijke wandeling. Deze route leidt je door de bossen en het uitgestrekte natte heideveld met zijn bijna eindeloze, ongestoorde horizon. Het bijna 4000 hectare grote Dwingelderveld is een van de stillere plekken van ons land. Behalve als je ineens tussen een kudde met Drentse Heideschapen staat die de heide begrazen. Al draagt hun geblaat ook wel weer bij aan de charme van de omgeving. Het Dwingelderveld is een vochtig gebied. Je komt langs een aantal vennen ofwel venen zoals ze in Drenthe zegen. Het Drostenveen is een van de mooiste plassen in het nationaal park. Vanaf de hoge rand heb je een goede kans om bijzondere vogelsoorten te ontdekken. Af en toe scheert er een boomvalk uit het bos die een libelle probeert te verschalken. Even verderop kom je langs de Davidsplassen waar je in een kijkhut van (trek-)vogels kunt genieten. Het pad loopt een tijdje over de grens tussen bos en heide, zodat je tussen de bomen en struiken soms boomheide ziet groeien. Bij het Smitsveen ligt een vreemde bult in het landschap: het is een grafheuvel die ruim 3000 jaar geleden is opgeworpen voor de doden. Vlakbij ligt een tweede grafheuvel tussen het groen verscholen. Volgens de overlevering zou ook het Moordenaarsveen een graf zijn. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog zou hier een Spaanse soldaat zijn vermoord, waarna zijn lichaam in het vennetje is achtergelaten. Het verhaal gaat dat zijn geest hier nog steeds rondwaart. In het midden van het heideveld sta je op de top van de Benderse Berg, het hoogste punt in de omtrek. Je hebt een fraai uitzicht over de omgeving, vooral als in augustus de bloeiende heide paars kleurt. Op deze plaats bevindt zich de Oase: een kleine nederzetting van wat bomen, enkele akkers en een boerderijtje. Eeuwen geleden vestigden zich hier enkele keuterboeren in plaggenhutten. Schrijver Anne de Vries heeft nog een tijdje op de Benderse Berg gewoond. Zijn boek ‘De man in de Jachthut’ speelt in deze omgeving. Tegen het einde van je wandeling passeer je een van de twee schaapskooien. Als je vroeg genoeg aankomt, kun je hier ook al voor het begin van je wandeling even naartoe lopen om de schaapskudde naar de hei te zien vertrekken: een ware belevenis. Vanaf half mei tot en met 1 oktober vertrekt de kudde om 10.00 uur en keert ze rond 17.00 uur weer terug. Buiten deze maanden zijn de tijden variabel. En in maart is het lammertijd.