Print deze route

Een gebied dat geologisch gezien misschien wel het meest bijzondere van Nederland is, is Nationaal Park De Meinweg. Het terrassenlandschap ontstond door verschuivingen in de aardkorst en de schurende werking van de Maas in het gebied. Nog altijd speelt water een belangrijke rol in het gebied: dwars door de terrassen kabbelen twee beken die het water van het bovenste plateau afvoeren en de bodem voeden. Het resultaat is verbluffend: sprookjesachtige bossen, prachtige heide, mysterieuze vennen en schilderachtige beekdalen wisselen elkaar af. Wat De Meinweg extra bijzonder maakt, is dat het de enige plek in Nederland is waar de adder nog voorkomt. Hou je ogen open, want misschien zie je nog in de zanderige bodem de sporen of zie je het dier zelf nog stilletjes wegglijden. Wil je meer informatie over dit natuurgebied, dan biedt Bezoekerscentrum De Meinweg, waar je tijdens je fietstocht langs komt, uitkomst. Niet alleen qua natuur, maar ook op het gebied van cultuur kom je tijdens deze fietstocht goed aan je trekken. 

Dan begin je aan je tocht naar de Vlodroppermolen. Deze watermolen is gebouwd in 1875 aan de Rothenbach en diende als korenmolen. De molen werd voor het laatst gerestaureerd in 1974 nadat de molen forse schade opliep tijdens de Tweede Wereldoorlog. Opmerkelijk is dat molen werd in 1985 op verzoek van de eigenaren van de monumentenlijst afgevoerd. De turbine in de molen is de enige van zijn soort waardoor de molen een grote historische waarde heeft. De molen draait tegenwoordig op vrijwillige basis. Aan dezelfde rivier als waar de Vlodroppermolen zijn kracht aan ontleent, vind je de Gitstappermolen. Deze middenslag watermolen is gebouwd in 1750 en fungeerde als korenmolen. De molen is in 1987 verkocht aan de gemeente Vlodrop, die in hetzelfde jaar nog begonnen met de restauratie. In 1987 werd ook de Stichting Vrienden van de Gitstappermolen opgericht, die als doel heeft de molen te beheren en te exploiteren. De restauratie is voltooid in 1988 en sindsdien draait de molen weer op vrijwillige basis. De molen is te bezichtigen op donderdag, vrijdag en zaterdag tussen 10.00 en 17.00 uur. De laatste stop is landgoed Hoosden, dat van de in totaal 55 hectare voor maar liefst 44 hectare uit bos bestaat. Het landgoed dateert uit de zestiende eeuw en werd vroeger gebruikt voor kleinschalige landbouw.

Het gevarieerde landschap is een uitstekend leefgebied voor veel flora en fauna. In en om de ondiepe plassen vind je verschillende amfibieën en libellen, terwijl in de bomentoppen vogels vrolijke deuntjes fluiten. De kenner herkent de geluiden van de prachtige wielewaal, het geroffel van de spechten en de roep van bosuilen. Ben je zelf een echte geluksvogel, dan laat het zeldzame ijsvogeltje zich zien.